Nultolerantie voor geweld en bedreigingen tegen onderwijspersoneel
In haar regeerakkoord engageerde de Vlaamse regering zicht ertoe een nultolerantie te hanteren voor geweld en bedreigingen tegen leerkrachten en andere leden van het onderwijspersoneel. Bovendien zou ze zich per definitie burgerlijke partij stellen in geval van werkonbekwaamheid. Inmiddels zijn deze voornemens vertaald in een omzendbrief.
Wat moeten we ons concreet voorstellen bij deze nultolerantie ten aanzien van geweld en bedreigingen? De begrippen worden ruim gedefinieerd. Ze omvatten alle vormen van fysiek en psychisch geweld die materiële, fysieke of psychische schade berokkenen aan onderwijspersoneel.
De overheid moedigt personeelsleden die ten gevolge van geweld of bedreigingen slachtoffer worden van een arbeidsongeval al langer aan om zelf of via de school aangifte te doen bij de politie. Als dit niet gebeurt, zal het ministerie van Onderwijs het personeelslid en de school contacteren en informeren over de voordelen van een aangifte. Als er dan nog geen aangifte wordt gedaan, kan het ministerie zelf die stap zetten en zich burgerlijke partij stellen tegen de vermeende dader van de geweldpleging of de bedreigingen.
Een personeelslid moet niet arbeidsongeschikt zijn en er moet ook geen sprake zijn van een arbeidsongeval om aangifte te doen van geweld of bedreigingen door een leerling, een ouder of een andere derde. Wanneer het in dat geval het ministerie op de hoogte brengt, zal het zich ook burgerlijke partij stellen. Wie een melding wil doen, kan dat via meldpuntgeweld.onderwijspersoneel@vlaanderen.be. De melding moet vergezeld zijn van een proces-verbaal of een dossiernummer.
ACOD Onderwijs juicht dit engagement toe. Het psychisch en fysiek leed, de hinder voor de goede werking van de school en de economische schade die berokkend worden door geweld tegen onderwijspersoneel is groter dan men beseft. Het is goed dat de Vlaamse overheid hier een duidelijk engagement opneemt.
Wij hopen echter dat ook de personeelsleden en nog meer de directies en besturen hierin hun verantwoordelijkheid nemen. Wie slachtoffer is van geweld, moet de nodige stappen durven en willen zetten. Anders passeert de gewelddaad wellicht zonder gevolgen voor de dader(s). Ook de directies en besturen moeten hier hun rol spelen. Jammer genoeg wordt geweld tegen personeelsleden al te vaak onder de mat geveegd, omdat men de reputatie van de school wil beschermen of omdat men de confrontatie met ouders niet durft aan te gaan. Dit is niet alleen immoreel, het is ook kort gewin, want de gevolgen op lange termijn zijn veel ernstiger. Personeelsleden die niet gesteund worden door hun directie – of personeelsleden die zien dat hun collega niet gesteund wordt – zijn minder geëngageerd. Personeelsleden die met dit gebrek aan steun geconfronteerd worden, kunnen zich overigens altijd tot ACOD Onderwijs wenden.
De Vlaamse overheid geeft hier dus een sterk signaal, wij roepen de andere actoren op ook hun eigen rol te spelen.